In Boekhouden voor (fiscaal) juristen staat de toepassing van de fiscale regels op de commerciële (boekhoudkundige) gegevens centraal. Het accent ligt hierbij op de Wet inkomstenbelasting 2001 en de Wet op de vennootschapsbelasting 1969. Aan de hand van illustratieve voorbeelden wordt de theorie uitgelegd en verduidelijkt. Ieder hoofdstuk wordt afgesloten met een aantal uitgebreide casusposities. Het boek bevat veel praktijktips en rekenvoorbeelden en is in de eerste plaats bedoeld voor studenten fiscaal recht of fiscale economie aan de universiteiten en hogescholen. Door de overzichtelijke opbouw en de vele voorbeelden is het boek echter ook geschikt voor de fiscale beroepspraktijk.
Het boek begint met een hoofdstuk waarin de belangrijkste boekhoudkundige begrippen en regels worden uitgelegd. Daarna komen de volgende onderwerpen aan bod:
- de fiscale winstbepaling van een eenmanszaak;
- de fiscale winstbepaling van een besloten vennootschap;
- de inbreng van een eenmanszaak in een samenwerkingsverband;
- de inbreng van een eenmanszaak in een besloten vennootschap;
- de consolidatie;
- de administratieve verwerking van de omzetbelasting.
De zesde druk is ten opzichte van de vorige druk ingrijpend gewijzigd. De theorie is geüpdatet naar de stand van zaken per begin september 2021. Daarnaast zijn in de hoofdstukken 2, 3, 5 en 8 nieuwe casussen opgenomen.
